Werkblad - Prestaties per aanbod per periode

Introductie

Dit werkblad laat je snel en overzichtelijk zien hoe aanbod (park - objectcategorie - objecttype) en verblijfsperioden presteren ten opzichte van vorig jaar.

👉 De prestaties worden samengevat in één prestatie‑index met een waarde tussen -100 (zeer zwak) en +100 (zeer sterk). Deze index is een samengestelde indicator op basis van o.a. recente pickup, bezetting, ADR en tijd tot start van de verblijfsperiode.

Gebruik dit werkblad om in één oogopslag te zien waar je vóór- of achterloopt en waar je gericht moet bijsturen in prijs, beschikbaarheid of marketing.

Hoe werkt de index en de vergelijking met vorig jaar

  • Vergelijkingsbasis: de index vergelijkt de actuele situatie met dezelfde verblijfsperiode van vorig jaar (bijv. zelfde maand, weeknummer of periodegroep), rekening houdend met hoeveel verkooptijd er nog resteert tot aanvang van de periode.

    Interpretatie van de schaal:

    • ongeveer  0: in lijn met vorig jaar.
    • +20: duidelijk voorloop; prestaties liggen merkbaar boven vorig jaar.
    • < –20: duidelijke achterstand; vraagt aandacht.
  • Cyclische periodedimensies: je kunt schakelen tussen periodegroep, kwartaal, maand, week en week – deel van de week (bijv. midweek / weekend). Alle visualisaties volgen deze keuze.


KPI 1- Objecttypen positief

Aantal objecttypen met Prestatie‑index > 0 binnen je selectie.

Snelle check: ligt dit aantal boven de helft van het totaal aantal getoonde objecttypen? Dan presteren de meeste types beter dan vorig jaar.

KPI 2 - Objecttypen negatief

Aantal objecttypen met Prestatie‑index < 0.

KPI 3 - Verblijfsperioden positief

Aantal (gekozen) verblijfsperioden met Prestatie‑index > 0.

KPI 4 - Verblijfsperioden negatief

Aantal verblijfsperioden met Prestatie‑index < 0.

Visualisaties


1) Prestatie‑index per aanbod (boven)

Wat zie je?

Een verticale staafgrafiek met per aanbod niveau de prestatie‑index. Je kunt doorklikken van park naar objectcategorie naar objecttype. Kleur: groen = positief, rood = negatief.

Wat kun je ermee?

  • Signaleer direct probleem aanbod; gebruik de drill‑down om tot op objecttypeniveau te zoomen.
  • Gebruik de index als startpunt en open daarna het detailwerkblad voor onderliggende KPI’s.

2) Prestatie‑index per verblijfsperiode (boven)

Wat zie je?

Een verticale staafgrafiek met de Prestatie‑index per gekozen cyclische periodedimensie: Periodegroep, Kwartaal, Maand, Week of Week – deel van de week. Kleur: groen/rood voor positief/negatief.

Wat kun je ermee?

  • Herken zwakke perioden (rood) en bepaal of prijs, promotie of beschikbaarheid moet worden bijgestuurd.
  • Zie seizoenspatronen: welke maanden/weken lopen structureel voor of achter?
  • Maak onderscheid tussen midweek/weekend om gerichter te sturen op verblijfsduur en prijsstrategie.

3) Heatmap: aanbod Ă— verblijfsperiode (onder)

Wat zie je?

Een tabel/heatmap met rijen = aanbod (met drill‑down) en kolommen = verblijfsperiode (cyclisch). De celwaarde = Prestatie‑index met kleurcodering:

  • < –20 = rood
  • tussen –20 en +20 = oranje
  • +20 = groen

Wat kun je ermee?

  • Vind exact waar het misloopt: op welk objecttype en welke verblijfsperiode tegelijk.
  • Prioriteer acties door te sorteren op sterk negatief + hoge capaciteit.
  • Exporteer of filter om actie‑overzichten te maken voor pricing of marketing.

👉Voor alle details ga je naar het volgende werkblad: “Prestaties per aanbod per periode – details”.

Leeswijzer & kleine tips

  • Index is niet omzet: de Prestatie‑index is een relatieve indicator versus vorig jaar (inclusief tijd tot begin periode). Gebruik het als signaal en bekijk details bij afwijkingen.
  • Kleurgrenzen: gebruik ±20 als werk drempel. Licht oranje (–20..+20) = in lijn; rood = actie nodig; groen = op koers.
  • Let op selectie‑effecten: KPI‑tellingen zijn afhankelijk van je filters; controleer of je voldoende volume in de selectie hebt.
  • Ver vooruit: een negatieve index ver in de toekomst kan minder urgent zijn; controleer altijd pickup‑trend en leadtime in het detail werkblad.
  • Prijs vs. bezetting: rood met hoge bezetting kan duiden op te lage ADR; rood met lage bezetting vraagt om zichtbaarheid of prijsprikkel.